Overheden en veiligheid is vaak een slechte combinatie. Mevrouw Hennis kan daarvan meepraten (Chroom-6 is geen leuk dossier in je portefeuille). Het is overigens geen zaak van vandaag of gisteren. 25 jaar geleden reageerden overheidsinstanties ook al laconiek als het om veiligheid ging.
In de zomer van 1992 was ik redacteur bij het Haarlemmermeerse nieuwsblad Nieuwe Meerbode. Omdat het een rustige komkommerperiode was die weinig nieuws opleverde zocht ik een onderwerp dat de kolommen aardig kon vullen. Dus besloot ik te kijken of de gemeente Haarlemmermeer wel een rampbestrijdingsplan had. Bij voorbaat wist ik dat dit wel wat zou opleveren, want in de voorgaande gemeenten waar ik journalistiek actief was geweest, bleken rampenplannen eigenlijk altijd wel een ondergeschoven kindje. Ze leveren namelijk ook heel wat spanning op. Al was het alleen maar omdat ambtenaren in de slag moeten met de grote industrieën in hun gemeente die bijvoorbeeld al helemaal niet van beteugelende hinderwetvergunningen houden. Dat is niet aangenaam in een ‘ons-kent-ons-circuit’ en we hebben nog zoveel meer te doen. Altijd een leuk onderwerp voor een journalist, altijd wat om over te schrijven.
Dus vroeg ik de gemeente Haarlemmermeer of er ook een rampbestrijdingsplan was. Nee, dat was er niet. Waarom niet? Redenen genoeg. Bij afwezigheid van de burgemeester droeg een van de wethouders deze aan. De meest duidelijke was “Omdat dat volgens de Rampenwet niet hoeft”. Dat er heel wat andere gemeenten waren die wel een dergelijk plan hadden om in te spelen op eventuele veiligheidsrisico’s sprak hem niet aan. Maar wat als er iets fout ging met een van de kerosinetankers die regelmatig door de Ringvaart voeren of als er een vliegtuig zou neerstorten? Schiphol lag immers in de gemeente Haarlemmermeer?
De wethouder had daar een eigen visie op. Volgens hem was zo’n plan alleen nodig als de aard en de plaats van de ramp bekend zijn “en je weet nooit van tevoren waar een vliegtuig neerstort”. ….Tsja… Bovendien had Schiphol volgens hem een uitstekende brandweerorganisatie die zulke situaties wel aankon, dus dat zat wel goed.
Maar vliegtuigen storten toch niet enkel en alleen op Schiphol neer, dat kon toch ook vlak daarbuiten op een van de huizen van de inwoners van Haarlemmermeer zijn? De wethouder gaf geen krimp. Hij zei het niet, maar ik voelde hem denken: “Waar maakt u zich druk over? Er is niets aan de hand. Gaat u maar rustig slapen.” Het krantenartikel zorgde naderhand nog wel voor enige deining in de plaatselijke politiek.
Twee maanden later, op zondagavond 4 oktober, kwam het nieuws door van een neergestorte Boeing in de Bijlmermeer. Gedreven door de eerdere laconieke reactie van de gemeente belde ik de burgemeester van Haarlemmermeer, herinnerde hem aan het artikel en vroeg of hij niet blij was dat Haarlemmermeer aan deze ramp was ontsnapt en wat voor actie was ondernomen als het vliegtuig wél een paar kilometer verder op de huizen was neergekomen. De burgemeester vond het geen prettige vraag. Herhalen wat hij zei zou niet van fijnzinnigheid getuigen, maar hij hield het gesprek zeer, zéér kort.
» Alle Berichten, Luizenissen » Overheid en veiligheid: “Gaat u maar...
« Keurmerk Privacy Waarborg biedt de consument geen enkele zekerheid Is het echt de beste tennisser die altijd wint? »