Als je door je bank wordt gebeld met de mededeling dat men bezig is je rekening te plunderen is het belangrijkste advies: niets doen en de bank dit laten oplossen. Kassa gaf dat advies niet en dat was een forse misser.
Afgelopen zaterdag besteedde Kassa aandacht aan oplichters die zich via de telefoon voordeden als medewerkers van de fraudehelpdesk van ING. De slachtoffers waar het hier om ging kregen te horen dat er op dat moment werd geprobeerd geld van hun rekening naar het buitenland over te maken en dat het nog maar een kwestie van tijd zou zijn voordat ook werkelijk zou lukken. Tenzij ze hun geld met behulp van de vriendelijke dame aan de lijn tijdelijk op een zogenaamde kluisrekening stalden. De volgende dag zouden ze dan bij een vestiging van ING het geld weer kunnen terugboeken.
Om het kort te houden: 50.000 euro werd overgemaakt naar de kluisrekening en de volgende dag bleek dat dit geld was verdwenen. In het Kassa-programma kwamen diverse deskundigen aan het woord die hun licht over deze manier van oplichting lieten schijnen.
Eén aspect kwam daarbij echter niet naar voren, namelijk de belangrijkste tip die bij zo’n situatie kan worden geven. Als je namelijk door je bank wordt gebeld met de mededeling dat er op dat moment buiten jou om pogingen worden gedaan om geld van je rekening af te halen is het aan de bank om dat te voorkomen. De bankklant zou dus kunnen zeggen: “Fijn dat u me dat laat weten, maar wat doet u daar als bank tegen? Ik heb mijn geld bij jullie gestald en u moeten er voor zorgen dat het daar veilig staat. Dus als u merkt dat er wordt ingebroken moet u als bank actie ondernemen en niet bij mij aankloppen. Als klant heb ik namelijk niets met de beveiliging van uw bank te maken.”
Ik weet, het komt wat laconiek over, maar het wel een juiste reactie. Jammer dat Kassa dat advies niet gaf.
Read More »Talloze bruiloften gingen de afgelopen maanden niet door vanwege corona. Iedereen wist dat je dan geen feestje kunt houden zonder dat daarbij bepaalde regels zouden worden overtreden die in deze dagen gelden. Want niets menselijks is ons allen vreemd en je kunt op je vingers uittellen dat het op zo’n moment fout gaat. Dus dan maar even niet.
Niets menselijks is ook minister Grapperhaus en zijn familie vreemd. Gelukkig, je wil het ook niet anders. Maar de minister, die geacht wordt een verstandig en verantwoordelijk man te zijn, had moeten besluiten niet te trouwen. Omdat hij met zijn gezonde verstand kon inzien hoe het ook op zijn feestje fout zou gaan. Want zoiets is toch snel fysiek contact her en der en een trouwfoto waarbij mensen tegen elkaar aanstaan in plaats van op anderhalve meter. En dat werd het dan ook.
Maar had de man – die anderen bij zo’n gelegenheid asociaal gedrag verwijt – met een blinde vlek te kampen toen hij besloot om toch door te zetten? Zo ja, zonder meer fout, maar vooruit, we maken allemaal wel eens fouten. Zo nee en nam hij het besluit met zijn volle verstand, dan wist hij ook gegarandeerd wat er tijdens zijn huwelijksdag zou gebeuren en dat is onvergeeflijk. Want dan stel je jezelf bewust boven de wet.
We wensen iedereen huwelijksgeluk, maar Grapperhaus had niet mogen trouwen. In ieder geval nu even niet.
Read More »De manier waarop energieleverancier Oxxio consumenten via de website Gaslicht.com voorlicht over te verwachten energiekosten is misleidend. Tot dat oordeel kwam de Reclame Code Commissie na een klacht van een consument die meende door Oxxio op het verkeerde been te zijn gezet. Gaslicht.com kom is blij met deze uitspraak.
Op de vergelijkingssite Gaslicht.com kunnen consumenten na het invullen van hun verbruiksgegevens voor gas en elektra zien wat hun jaarlijkse kosten voor hun energieverbruik bij de diverse energieleveranciers zijn. Even door twaalf delen en je weet dan tegelijk je maandbedrag.
Dat had ook een consument gedaan die voor Oxxio had gekozen. Zijn op die manier berekende maandbedrag kwam op € 143,00, maar Oxxio presenteerde hem na zijn aanmelding een maandelijks termijnbedrag van €185,00. Fors meer en dat kwam, volgens de energieleverancier, doordat men niet alleen keek naar het door de aanvrager ingevulde verbruik van het voorgaande jaar had gekeken, maar ook het verbruik van enkele voorgaande jaren had meegenomen in de berekening.
Daar was de nieuwe Oxxio-klant het niet mee eens. Dat het uiteindelijke bedrag na een jaar zou kunnen afwijken van zijn oorspronkelijke berekening, daar kon hij inkomen. Je gaat immers uit van een prognose, maar zult natuurlijk aan het eind van de rit de rekening het werkelijke verbruik (hoger of lager) moeten afrekenen. Maar toekomstige klanten via de website Gaslicht.com een bepaald bedrag voorhouden en dit na aanmelding eigenmachtig fors te verhogen, dat ging hem te ver. Temeer daar nergens op de website werd vermeld dat ook andere zaken zoals het verbruik uit voorgaande jaren van invloed waren op het uiteindelijke termijnbedrag dat men zou moeten betalen. Sterker nog, niet alleen op Gaslicht.com zweeg Oxxio daarover in alle talen, ook op de eigen website werd er niet over gerept. Wel stond daar de kreet “Géén verborgen kosten” te lezen. Kortom, Oxxio deed aan misleiding, vond hij en hij diende een klacht in bij de Reclame Code Commissie.
Die deelde de mening van de consument. Juist om zo voordelig mogelijk uit te zijn zal de gemiddelde consument een vergelijkingswebsite als Gaslicht.com raadplegen en naar aanleiding van het resultaat kunnen besluiten in zee te gaan met Oxxio, vond de commissie. Maar door het ontbreken van de informatie dat ook het historisch verbruik van invloed is op het uiteindelijke termijnbedrag wordt de consument op het verkeerde been gezet en neemt een beslissing die hij wellicht anders niet had genomen. En dat is een misleidende gang van zaken, oordeelde de commissie.
Oxxio heeft naar aanleiding van de uitspraak laten weten haar werkwijze aan te zullen passen.
En Gaslicht.com? Hoe kijkt die tegen deze gang van zaken aan, want op haar website zijn dus kennelijk partijen actief die consumenten op het verkeerde been zetten. Welke zijn dat? Volgens Ben Woldring, oprichter van vergelijkingswebsites als Bellen.com, Internetten.nl en Gaslicht.com, zijn dat er naast Oxxio slechts enkele: Delta, GreenNL, Vandebron en Vrijopnaam. Zij gebruiken ook het historisch verbruik om een maandelijks termijnbedrag samen te stellen.
Komt natuurlijk de vraag op: Waarom? Je zou verwachten dat Gaslicht.com daar een bepalende rol in kan spelen. Bijvoorbeeld door er voor te kiezen deze bedrijven te weren van de website.
Het is een spagaatsituatie vindt Ben Woldring. “Je kan op deze wijze gaan handelen, maar je wil aan de andere kant ook een zo volledig mogelijk aanbod aan energieleveranciers tonen, vandaar dat we ze vermelden. Toen we in 2003 met Gaslicht.com begonnen betrok overigens iedere energieleverancier nog het historisch verbruik bij het bepalen van het termijnbedrag aan de consument. Nu zijn dat alleen nog deze vijf en we zijn al tijden met ze in gesprek om ook hen over de brug te krijgen. Daarom ben ik wel blij met deze uitspraak van de Reclame Code Commissie.”
Feit blijft dat op de website nu toch de informatie ontbreekt dat de getoonde jaarlijkse energiekosten nog niet definitief zijn omdat ook het historisch verbruik van de consument daarop nog van invloed zal zijn. En dat is volgens de Reclame Code Commissie misleidend.
Dat gaat veranderen, zegt Woldring. Hij zal er voor zorgen dat deze informatie binnenkort bij het aanbod van de betreffende energieleveranciers op Gaslicht.com staat.
Aanvulling op 9 september 2020
Inmiddels heeft Gaslicht.com op de website een aantal aanpassingen doorgevoerd. Bij de energieleveranciers die met het historisch verbruik werken is een pop-up geplaatst waarin duidelijk wordt gemaakt dat het uiteindelijk voorgestelde termijnbedrag (en dus jaarbedrag) hoger of lager kan uitvallen dat het via Gaslicht.com getoonde bedrag. Dat komt volgens Woldring omdat de betrokken leveranciers aanpassingen moeten doorvoeren in hun systemen die de gegevens leveren en dat zal nog enige tijd duren.
Daarnaast wordt er over het historisch verbruik nu ook een verduidelijking gegeven bij ‘Veelgestelde vragen’.
Onder de fraaie aankondiging “We gaan ons assortiment overzichtelijker maken” krijgen klanten van SNS een bericht met de mededeling dat hun betaalrekening in oktober wordt omgezet naar het ‘nieuwe’ SNS Compleet.
Wil je weten wat dat voor jou als SNS-klant betekent, dan word je verwezen naar weer een ander apart bericht dat je dan gewoon even moet openen. Overigens wordt dan nog niet duidelijk wat het verschil is tussen je huidige betaalrekening en het nieuwe SNS Compleet. Of het moet zijn dat je voor de nieuwe versie 35 cent meer moet betalen: € 3,10 in plaats van € 2,75 per maand. En dat krijg je ook te horen van de klantenservice als je die voor meer uitleg belt. Het is gewoon een prijsverhoging, meer kunnen ze er ook niet van maken.
“We gaan ons assortiment overzichtelijker maken” klinkt natuurlijk veel prettiger dan “U gaat voortaan ruim 12 procent meer voor uw betaalrekening betalen” zal de pr-afdeling van SNS hebben gedacht. En we stoppen die mededeling lekker ver weg in berichten die je apart moet openen. Waarbij, o ja, ook nog even terloops wordt meegedeeld dat er nieuwe voorwaarden gaan gelden. Maar leest u daar alstublieft overheen. Helemaal niet belangrijk natuurlijk, anders hadden we daar ook wel een apart berichtje over gestuurd.
SNS-klanten die volgend jaar de mededeling krijgen dat hun SNS Compleet wordt opgewaardeerd naar SNS Subliem of SNS Briljant, weten waar ze aan toe zijn. Dat gaat geld kosten.
Read More »Sommige webshops hanteren eigen ethische normen en waarden. Niets op tegen, maar je kunt je doel ook voorbijschieten. En dat lijkt bij Waschbaer.nl het geval.
Webshop Waschbär heeft een ideologische achtergrond. ”Waschbär is een begeleider op weg naar bewuste consumptie. Wij willen mensen stimuleren het dagelijkse leven ecologischer vorm te geven en sociale verantwoordelijkheid te nemen” staat er op de website.
Niemand die het daar oneens mee zal zijn. Maar de manier waarop Waschbär dat in de praktijk brengt roept toch wat vraagtekens op. De webshop biedt namelijk wel allerlei producten onder de tien of twintig euro aan, maar denk niet dat je die ook zomaar kunt kopen. Het minimale bestelbedrag is € 30,00, exclusief verzendkosten. En die mededeling krijg je gewoonlijk pas te zien krijgt als je je bestelling wil afronden.
Waarom dat zo is? Samengevat zegt Waschbär daarover:
We proberen zo ecologisch mogelijk te werken en daarom sturen we de vrachtwagen met de bestellingen die uit Duitsland moeten komen pas de weg op als hij vol is. Daarom is de minimum levertijd 14 dagen. En we willen vermijden dat de wagen voor minder geld de weg op wordt gestuurd.
Dat je je vrachtwagens het liefst pas laat rijden als ze vol zijn, daar kan ik in komen. Daar kun je wel een ecologisch label aan hangen. Maar wat de waarde van de bestelde producten hiermee heeft te maken ontgaat me volkomen. Het is nu eenmaal geen wet van Meeden en Perzen dat er meer vrachtwagens zullen rijden als er producten van onder de € 30,- worden besteld.
Aansporing om meer te kopen
Eerder het tegendeel, want door een ondergrens van 30 euro te stellen, spoort men klanten nu in feite aan vooral meer te bestellen, waardoor de vrachtwagens sneller vol zijn en dan kunnen gaan rijden. Een opmerkelijke gedachtegang. Wie bewust aanzet tot het kopen van al dan niet nuttige producten die anders misschien niet eens waren geproduceerd moet met een goed verhaal komen als hij meent dat dit ecologisch verantwoord is. Je daarbij “een begeleider op weg naar bewuste consumptie” te noemen is wellicht ook wat te hoog gegrepen. Klanten worden immers niet aangespoord om zo min mogelijk producten te kopen (wat ecologisch verantwoord kan worden genoemd) maar daarentegen juist zoveel dat de grens van dertig euro wordt gehaald.
Overigens is zo’n doelstelling natuurlijk ook heel goed te bereiken door gewoon geen spullen onder de dertig euro te verkopen, maar daar kiest Waschbär nu even niet voor. Wel voor het aanzetten tot een hoger bestedingspatroon, want die ondergrens van € 30,- moet sowieso worden gehaald. En omdat – hoe je het ook draait of keert – aan een bedrag van 10, 20, 30, 40 of 50 euro nu eenmaal niets ecologisch zit, lijkt de logische conclusie dat er voor Waschbär eerder een financieel aantrekkelijke kant aan zit.
‘Functionele’ cookies
Dat wordt nog eens versterkt door een ander opmerkelijk tintje aan de website van Waschbär: de cookieverklaring. Via de instellingsmogelijkheid hiervan krijg je te zien dat in eerste instantie alleen functionele cookies zijn ingesteld. Dat is mooi, want zo hoort het. Maar dan volgt de mededeling dat partners van Waschbär je persoonsgegevens krijgen (zeg maar kopen, want zo gaat dat met persoonsgegevens) om die “te verwerken”. En dat is niet zo mooi, want zo hoort het niet.
Functionele cookies zijn noodzakelijk om een website goed te laten draaien. Het verwerken van persoonsgegevens is daarvoor helemaal niet nodig en zeker niet als dit door allerhande ‘partners’ gebeurt. In dit geval zijn dat Google en Consentmanager.net. Wat deze bedrijven met jouw persoonsgegevens doen kom je niet te weten. Er staat wel dat daarover informatie wordt gegeven, maar die is niet te vinden. De hele werkwijze botst dus aan alle kanten met de AVG, de wet op de privacy. Om maar niet te spreken over Waschbär’s missie “Wij willen mensen stimuleren (….) sociale verantwoordelijkheid te nemen”.
“Bescherm wat je liefhebt” propageert Waschbär prominent op zijn homepage. Dat zul je dan toch echt zelf moeten doen. Want van een bedrijf dat aanspoort tot een hoger bestedings- en productiepatroon en persoonsgegevens van klanten aan ‘partners’ doorgeeft is weinig te verwachten. Hier valt – zeker met het oog op de zo gepropageerde eigen waarden – wat uit te leggen.
Read More »De Reclame Code Commissie toetst of reclames betrouwbaar en geloofwaardig zijn. Goed werk, daar zal niemand wat op afdingen. Maar over hoe effectief dat werk is, daar kunnen nog wel vraagtekens bij worden geplaatst.
Zo wordt bijvoorbeeld maar een bijzonder klein deel van alle reclames getoetst, want de Reclame Code Commissie* komt alleen in actie als er een klacht over een reclame is ingediend. Op zich volkomen logisch, want alles beoordelen is natuurlijk onbegonnen werk voor een organisatie waarvan het aantal vaste medewerkers de twintig niet overstijgt. Al zou je je kunnen voorstellen dat een aantal reclame-uitingen waarbij ieder normaal mens al meteen de wenkbrauwen fronst ook wel eens spontaan door de commissie zelf onder de loep zou kunnen worden genomen.
Complianceformulier
Maar goed, zo gaat het dus niet; er wordt pas actie ondernomen als iemand een klacht door de brievenbus schuift. En dan? Dan is het resultaat volgens de Reclame Code Commissie eigenlijk best goed. Van de aanbevelingen die de commissie doet wordt namelijk 96-97% door de adverteerders opgevolgd, zegt men.
Een heel mooi resultaat, zou je zeggen, maar is het ook werkelijk zo? Nadat de commissie een uitspraak heeft gedaan krijgt de betreffende adverteerder namelijk een zogenaamd complianceformulier dat hij ingevuld en ondertekend moet terugsturen. Daarbij zegt de adverteerder de reclame niet meer te gebruiken of aan te passen. In dat geval wordt een dossier onder de noemer compliant (vertaling: volgzaam) gesloten. Wie niet reageert en waarvan door de commissie niet is vastgesteld dat de aanbeveling is opgevolgd wordt als non-compliant beschouwd. In dat geval wordt de naam ter ‘naming and shaming’ op de website van de Reclame Code Commissie gepubliceerd en gaat er een melding naar de Autoriteit Consument & Markt die eventueel maatregelen kan treffen.
Dwarsliggers
Waarom de dwarsliggende adverteerders de uitspraak niet opvolgen is niet duidelijk, want daarnaar wordt nooit geïnformeerd door de Reclame Code Commissie. Jammer. Antwoorden waaruit kan worden gedestilleerd “we hebben gewoon lak aan jullie” en “je bekijkt het maar, we doen wat we zelf willen” zijn misschien niet leuk om te horen, maar zouden wel een verfrissend inzicht geven over de mate hoe serieus bedrijven de Reclame Code Commissie nemen.
En de naam van een onwelwillende alleen op de eigen website publiceren zet natuurlijk ook geen zoden aan de dijk, want wie leest dat nou? Het lijkt me heel wat sterker als er over iedere hardnekkige overtreder een duidelijk persbericht verschijnt, wat nu slechts bij uitzondering gebeurt. Dan hebben we het pas echt over naming and shaming en bovendien zijn consumenten die met zulke partijen zakendoen dan gewaarschuwd. En daar gaat het toch om.
Geen controle
Maar zolang de bestraffend toegesproken bedrijven dus zeggen dat ze zich aan de aanbeveling zullen houden is er voor hen dus niets aan de hand, want controleren doet de Reclame Code Commissie verder niet. Het percentage van 96-97% kan daarom best zo hoog uitvallen omdat hier een aantal schuinmarcheerders tussen zit dat wel braaf zegt zich aan de uitspraak te zullen houden, maar ondertussen een lange neus trekt.
Zo oordeelde de Reclame Code Commissie in 2016 dat de bewering van Kia dat op hun auto’s 7 jaar garantie zit niet juist is omdat de garantie slechts 3 jaar is als er 150.000 kilometer is gereden. Kia staat niet in het non-compliantoverzicht van 2016, zodat de conclusie mag worden getrokken dat men het complianceformulier ondertekend heeft teruggestuurd.
In 2019 werd Kia door de Reclame Code Commissie vanwege precies dezelfde reclame-uiting opnieuw op de vingers getikt. Kia zal het formulier wel enthousiast opnieuw hebben ondertekend, want ook in het non-compliantoverzicht van dat jaar komt de autofabrikant niet voor.
De boodschap van 7 jaar garantie is heel belangrijk voor Kia, de vermelding dat dit na 3 jaar over kan zijn duidelijk niet, want ook dit jaar kreeg Kia na een nieuwe reclame weer dezelfde uitspraak aan de broek. Het is natuurlijk een wilde gok, maar ik doe hem toch: ook in 2020 zal Kia niet voorkomen in het non-compliantoverzicht**.
Het is natuurlijk maar één voorbeeld, maar het toont wel aan dat bij de effectiviteit van de Reclame Code Commissie en de gepubliceerde non-compliantoverzichten jammer genoeg zeker vraagtekens kunnen worden geplaatst.
* Officieel zou er over de Stichting Reclame Code moeten worden gesproken, waarvan de Reclame Code Commissie een onderdeel is. Omdat deze laatste naam het meest bekend is bij het publiek wordt in dit artikel voor het gemak over de Reclame Code Commissie gesproken.
** Aanvulling op 23 april 2021
Eind 2020 zond Kia de eerder door de Reclame Code Commissie veroordeelde commercial opnieuw uit. Desondanks werd Kia niet opgenomen in het non-compliantoverzicht van 2020.
Energie inkopen via je eigen consumentenorganisatie is dat voordelig? Je zou denken van wel. Maar leden van de Consumentenbond en Vereniging Eigen Huis die voordelig uit willen zijn kunnen beter zelf de boer opgaan dan meedoen aan een collectieve inkoop van hun consumentenorganisatie.
Regelmatig benaderen de Consumentenbond en Vereniging Eigen Huis hun leden met het aanbod mee te doen aan een collectieve inkoop van energie. Tienduizenden haken daarop in want samen met je eigen consumentenorganisatie kun je natuurlijk wel een vuist maken om de beste prijs eruit te krijgen, denk je dan. En de wervende kreet “Samen krijgen we de beste energiedeal” van Vereniging Eigen Huis laat aan duidelijkheid niets te wensen over.
De praktijk valt echter bitter tegen. Een lid van zowel de Consumentenbond als Vereniging Eigen Huis schreef in op beide acties en wachtte het resultaat vol spanning af (opgegeven jaarverbruik: 2900 kWh dagstroom, 2100 kWh nachtstroom, 1000 m3 gas). Bij beide organisaties kwam Budget Energie als winnaar uit de bus. De verliezer bleek in dit geval overigens het lid van de Consumentenbond te zijn, want die zou jaarlijks € 1797,- moeten betalen terwijl hij als lid van VEH € 1755,- kwijt zou zijn.
Gemak boven voordeel
Nu geeft de Consumentenbond zelf aan dat je met het Energiecollectief voor gemak kiest. Wie liever zelf prijzen vergelijk kan terecht bij de Energievergelijker. Dit is een onderdeel van de website pricewise.nl waar de Consumentenbond een eigen pagina heeft en inderdaad, daar ben je goedkoper uit: € 1764,- bij Budget Energie in plaats van € 1797,- (??? Jawel !!!).
Overigens is dat niet de echte winnaar van de Energievergelijker, want dat is United Consumers met een jaaropgave van € 1701,-. Gelijk ook maar eens op misschien wel de bekendste vergelijkingswebsite op dit gebied gekeken, Gaslicht.com. Verdiep je er maar niet in hoe het kan, maar daar is United Consumers nóg goedkoper: € 1686,- (??? Inderdaad !!!).
Flinke vuist
Natuurlijk ben je nieuwsgierig hoe dat zit. Als lid verwacht je toch dat jouw consumentenorganisatie die jou samen met tienduizenden andere inschrijvers vertegenwoordigt een flinke vuist maakt als ze in de slag gaan met de energiebedrijven. Daar moet en zal toch de scherpste en “beste energiedeal” uit komen? Nou nee, zo zit dat niet. Dat is te hoog gegrepen.
Vereniging Eigen Huis benadrukt dat de energiebedrijven die meedoen aan bepaalde voorwaarden moeten voldoen. Het gaat dan vooral om soliditeit en het leveren van groene stroom. “Het is altijd mogelijk dat een andere energieaanbieder, die niet met ons meedoet, met een lagere aanbieding komt. En als mensen niet op ons aanbod ingaan is dat prima, dat is hun keuze.” Maar als lid van een consumentenorganisatie verwacht je toch dat er een scherpe prijs uit komt? “Dat is ook zo, maar we garanderen niet de laagste prijs.”
Dat lijkt toch een ander geluid dan de veelvuldig door de vereniging gecommuniceerde kreet “Samen krijgen we de beste energiedeal”. Dan verwachten de leden toch de laagste prijs.
Bij de Consumentenbond houdt men het er op dat het resultaat de uitkomst is van een blinde veiling. Men noemt het opmerkelijk dat Gaslicht.com een stuk goedkoper is.
“Maar dan moet je bij de aanbieder zijn. We zetten er altijd bij dat mensen kunnen kijken bij Energievergelijker of het wellicht goedkoper kan.” Dat is inderdaad zo, eerlijk is eerlijk. Maar als lid van een consumentenorganisatie verwacht je dat die toch jouw belangen vertegenwoordigt en dat is in dit geval een zo laag mogelijke prijs.
Verdienmodel
De hele collectieve inkoop van energie maakt duidelijk dat niet de consument, maar het verdienmodel voorop staat. Dit jaar noteerde Vereniging Eigen Huis 68.000 inschrijvers. Voeg daar nog eens de vele tienduizenden van de Consumentenbond bij en je krijgt al een aardig beeld. Iedere nieuwe klant die die ingaat op het aanbod levert de Consumentenbond € 46,- op. De bond is daar open over, het staat gewoon op de website te lezen. En reken maar dat Pricewise, waarmee de bond samenwerkt, ook nog een graantje meepikt. Hetzelfde geldt natuurlijk voor Vereniging Eigen Huis en haar partner iChoosr. Al met al gaat het dan om miljoenenbedragen.
Collectieve inkoop van energie levert inderdaad veel geld op… maar niet voor de consument.
PS
Nog een merkwaardig feitje: wie als lid van de Consumentenbond op verschillende dagen de link van het aanbod dat hem wordt gedaan activeert kan verschillende actieprijzen van Budget Energie te zien krijgen. Hoe dat zit? Ach, laat maar zitten.
Dat een bedrijf op de vingers wordt getikt omdat het consumenten met misleidende advertenties op het verkeerde been heeft gezet vinden we normaal. Maar opmerkelijker wordt het als blijkt dat de Consumentenbond heeft meegewerkt aan zo’n misleiding.
Zowel tv-programma Kassa als de Consumentenbond hadden Dirk uitgeroepen tot de goedkoopste supermarkt van Nederland voor de dagelijkse boodschappen, beweerde Dirk in reclamecampagnes op radio, televisie en in folders. Naar aanleiding daarvan boog de Reclame Code Commissie zich over een klacht dat dit misleidend was, omdat in de tests van Kassa en Consumentenbond alleen de prijzen van de eigen huismerken waren vergeleken en die van de A-merken buiten beschouwing waren gelaten. En als het om dagelijkse boodschappen gaat zijn dat niet alleen de goedkope huismerken, maar horen ook A-merken daar ook bij, was het argument. Dus de bewering dat Dirk zonder meer de goedkoopste supermarkt zou zijn ging te ver.
De Reclame Code Commissie was het daarmee eens. Door de consument essentiële informatie te onthouden was deze op het verkeerde been gezet en daarom was hier sprake van misleiding, luidde het oordeel.
Mede verantwoordelijk
Saillant detail is echter dat de Reclame Code Commissie met deze uitspraak de Consumentenbond op pijnlijke wijze op de vingers tikt omdat deze mede verantwoordelijk blijkt voor deze misleiding. Voorafgaand aan de reclamecampagne had Dirk namelijk de reclameteksten voorgelegd aan de bond en die was akkoord gegaan met de zinsnede “Dirk is de goedkoopste supermarkt voor de dagelijkse boodschappen”. Logisch dat Dirk dit als verweer aanvoerde bij de Reclame Code Commissie, maar die was daar niet van onder de indruk. Als je beweert de goedkoopste te zijn, moet je dat ook écht zijn. Zo niet, dan is er sprake van misleiding van de consument. En vooraf verkregen zegen van de Consumentenbond doet daar niets aan af.
Ai, dat is toch een pijnpuntje. Ruim 500.000 leden verwachten van hun bond dat die bedrijven die consumenten vals voorlichten eens goed de waarheid zegt. En dan is het toch wel ongelukkig als je merkt dat je eigen organisatie zich daar nu zelf schuldig aan maakt. Want hoe je het ook draait of keert: mede door de instemming van de Consumentenbond heeft Dirk een reclamecampagne gevoerd die volgens de Reclame Code Commissie misleidend is.
Speciale omstandigheden
In een reactie zegt de Consumentenbond dat “de onderhavige zinsnede is aan ons voorgelegd en in het licht van de op dat moment geldende omstandigheden goed bevonden”. Een wollige formulering die kennelijk het beeld wil oproepen dat er op dat moment Speciale Omstandigheden golden. Net zoals in verlegenheid gebrachte politici vaak als verweer “ja, met de kennis van nu….” aanvoeren. Niets geen speciale omstandigheden en met de kennis van toen had je gewoon beter moeten weten, maakt het oordeel van de Reclame Code Commissie duidelijk.
Soms is het beter stil te zitten als je wordt geschoren, maar de Consumentenbond kent die schroom niet en gaat onverdroten nog een stapje verder door tevens te laten weten dat “reclame-uitingen geheel voor rekening én verantwoording van de supermarkten zelf komen”. Ik wil niet aan haarkloverij doen, maar als je net hebt meegewerkt aan een zinsnede die niet door de beugel kan, dan doet dit toch wel erg aan afschuiven denken. En om het beeld van ‘geen schuld’ te completeren zegt de Consumentenbond bovendien dat zij niet alle reclame-uitingen kan controleren, maar dat dit een taak is voor de Reclame Code Commissie.
Verrassend standpunt
Dat is toch een verrassend standpunt, want de Reclame Code Commissie heeft die taak namelijk niet. Zij behandelt alleen door het publiek ingediende klachten over reclame-uitingen. Weet de Consumentenbond dit? Natuurlijk weet die dat, we hoeven elkaar geen mietje te noemen. Tsja, met die kennis van nu is het dan toch niet teveel gevraagd reclame-uitingen waaraan je meewerkt vooraf eerst zelf te toetsen in plaats van te zeggen dat dit een taak is van Jan Publiek (m.a.w. je leden) en de Reclame Code Commissie? Want daar komt het toch wel op neer.
Dirk ging officieel over de schreef met de bewering dat de Consumentenbond Dirk had uitgeroepen tot de goedkoopste supermarkt van Nederland, maar hoe verwijtbaar is dat als de Consumentenbond vooraf zelf heeft ingestemd met die reclametekst? Als de hand ergens eens diep in de eigen boezem moet worden gestoken is het wel bij de consumentenorganisatie.
Aanvulling op 16 september 2019
Tegen de uitspraak van de Reclame Code Commissie is Dirk in beroep gegaan bij het College van Beroep van de Stichting Reclame Code, maar deze onderschreef de oorspronkelijke uitspraak.
Uitspraken van zowel de Reclame Code Commissie als het College van Beroep zijn slechts een aanbeveling. Naleving kan dus niet worden afgedwongen, maar gewoonlijk respecteren bedrijven de uitspraken. Dirk tot nu toe niet, want nog steeds wordt er reclame gemaakt met de kreet dat men écht de allergoedkoopste is voor de dagelijkse boodschappen. Dat is niet alleen onjuist, maar ook nog eens in tegenspraak met het laatste prijspeilonderzoek van de Consumentenbond (Consumentengids september) waaruit blijkt dat Dirk zowel bij de A-merken als de huismerken zeker niet de goedkoopste is.
Consumentenprogramma’s roepen het publiek vaak op om zaken waarbij de schoen wringt toch vooral bij hen te melden, zodat zij er aandacht aan kunnen besteden. Anders gezegd: dankzij de tips kunnen omroepen hun consumentenprogramma’s maken.
Een goede tip is natuurlijk geld waard, maar het televisieprogramma Meldpunt van Omroep Max interpreteert dat anders dan de meesten zullen doen. In plaats van dat de tipgever geld ontvangt moet hij juist aan Meldpunt betalen als hij telefonisch zijn tips doorgeeft.
Waarom is dat? Volgens de redactie van Meldpunt omdat een 0900-nummer nu eenmaal geld kost en telecomaanbieders ook een starttarief en een minuutprijs in rekening brengen. Een zwak argument, want er zijn ook abonnementen om onbeperkt te bellen zonder start- en minuuttarief. En is het bij een 0900-nummer verplicht kosten in rekening te brengen? Nee, helemaal niet. Onzin.
Weet Meldpunt dat? Als consumentenprogramma zou je dat wel moeten weten. Maar ja, consumentenprogramma’s gedragen zich niet altijd consumentvriendelijk, zo werd al eerder duidelijk uit voorwaarden die Radar hanteert.
Read More »
Nederland heeft verschillende toezichthouders, zoals de Autoriteit Consument en Markt. Maar als gewone consument hoef je daar weinig van te verwachten, zo bleek vorige week tijdens de uitzending van het consumentenprogramma Kassa.
Kassa toonde aan dat telefonische verkopers van energiemaatschappijen consumenten tijdens een telefoongesprek op slinkse wijze contracten aansmeren. Maar dergelijke energiecontracten zijn vaak niet rechtsgeldig, zo zei woordvoerder Jeroen Nugteren van toezichthouder Autoriteit Consument en Markt (ACM) in de uitzending van Kassa. Dat klinkt ferm en fier. Ontnuchterend was daarom te moeten horen dat de ACM al geruime tijd wist dat consumenten slachtoffer werden van zulke praktijken, maar daar vervolgens niet tegen optrad. Dat bleek toen de Kassa-interviewer enigszins doorvroeg. Ja, men was in gesprek met de branche. Hoe lang al? Enkele maanden. En ondertussen konden de energieleveranciers nog steeds zulke contracten verkopen? Ja, dat klopte.
Ik ben geen groot ziener, maar voel wel aan dat de betrokken consumenten zich niet alleen bedrogen zullen voelen door de telefonische verkopers, maar ook door de ACM. Want waarom treed je er niet tegen op als je weet dat mensen de dupe worden van deze praktijken? Dat zout wordt nog eens extra in de wond gewreven omdat woordvoerder Nugteren verschillende keren benadrukte dat de ACM wel wat zou kunnen doen. “Het opleggen van een last onder dwangsom of boete” was zijn favoriete term die drie keer langs kwam. “Nou, doe dat dan”, hoor je de benadeelde consumenten denken. Maar nee. De praktijken die niet door de beugel kunnen worden niet afgestraft, maar alleen besproken. Dat betekent dat de ACM er in feite voor heeft gekozen dat slinkse telefonische verkopers ondertussen nog steeds slachtoffers mogen maken.
De NVWA ook
De ACM is niet de enige toezichthouder die de consument in de kou laat staan. Vorig jaar was de Nederlandse Voedsel- en Warenautoriteit (NVWA) eveneens te gast bij Kassa. Dit vanwege een reportage over tandbleekproducten die schadelijk waren voor de gezondheid. Wist de Voedsel- en Warenautoriteit dat daarvan? Ja, deze misstand was de toezichthouder bekend, maar men ondernam op eigen initiatief geen actie door daar tegenop te treden. Waarom niet? Omdat het beleid is dat dit alleen gebeurt als de consument eerst zelf daar een klacht indient, luidde het verbazingwekkende antwoord. En er waren geen consumenten die hadden geklaagd dus helaas pindakaas.
Dat een consument niet zelf klaagt bij de NVWA als die instantie zelf al ziet dat er verboden onveilige producten worden verkocht kan ik me wel voorstellen. Je bent toezichthouder of niet en een consument is dat juist niet. Maar als het om een onveilig product gaat legt de NVWA de verantwoordelijkheid dus gewoon bij de consument die eerst maar eens een klacht moet indienen. Is het redelijk zoiets te verwachten van een consument? Natuurlijk niet. Die denkt juist dat de NVWA voor dat werk wordt betaald, wat natuurlijk ook zo is. Bovendien staat er duidelijk op de website van deze toezichthouder “Onveilige producten laat de NVWA door producenten, importeurs of winkeliers uit de handel halen”.
Cookiewall mag niet, maar blijft gewoon bestaan
Toezichthouder Autoriteit Persoonsgegevens liet enige tijd terug weten dat een zogenaamde cookiewall onrechtmatig is. Een cookiewall belemmert een vrije toegang tot de website omdat de bezoeker eerst ‘ja’ moet zeggen of diverse keuzes moet maken. Er waren daar veel klachten over, zoals over de hier afgebeelde van Buienrader.nl. Maar ja, zeggen dat iets niet mag is één, maar er vervolgens voor zorgen dat het ook niet meer gebeurt duidelijk iets anders. Want hoewel het technisch bezien een fluitje van een cent is om een cookiewall te verwijderen, is er in feite nog niet één verdwenen.
Het zijn drie voorbeelden die duidelijk maken dat de consument weinig opschiet met zulke overheidsinstanties. Want wie toegeeft dat hij op de hoogte is van misstanden, maar die vervolgens bewust laat voortduren, faalt als toezichthouder.
De lezers van ANBO Magazine wordt een fantastisch aanbod gedaan: een 8-daagse cultuurhistorische 4-sterrenreis naar Kroatië & Montenegro niet voor € 1149,-, maar voor slechts € 249,-. “Bel om de gewenste datum te reserveren” staat er bij. Vergeet het maar, die reis is niet te boeken. Of je moet toevallig op 6 december 2019 kunnen.
Eerder misleidde maandblad Plus Magazine zijn lezers met een aanbod van een niet te boeken reis van dezelfde reisorganisatie (RSD Reise Service Deutschland). Nu gaat ook ANBO hiermee in de fout. En het is niet mis wat hier gebeurt, want het gaat gewoon om een overtreding van de Wet Oneerlijke Handelspraktijken. Aanbiedingen in de vorm van ‘lokkertjes’, zonder reële beschikbaarheid van het product zelf zijn volgens die wet namelijk een oneerlijke handelspraktijk.
De rol die ANBO Magazine bij dit alles speelt kan bedenkelijk worden genoemd. Het is een organisatie die aan belangenbehartiging voor senioren doet, maar de adverteerdersinkomsten van de reisaanbieder zijn nu kennelijk even aantrekkelijker dan de belangen van de eigen ANBO-leden. En achter het op de ANBO-website aangeprezen ledenvoordeel op diverse producten zoals reizen kan nu ook wel een flinke vraagteken worden geplaatst.
Read More »Tijdens haar oudejaarsconference in 2016 verbaasde Claudia de Breij zich over de tekstuele inhoud van het Nationaal Hitteplan. Haar verwondering was begrijpelijk, maar de betreffende tekst vormt zeker geen unicum. En je hoeft het wat dat betreft zeker niet op nationaal niveau te zoeken, want ook de politie in haar gemeente Utrecht weet wat dat betreft van wanten.
In winkelcentrum Vleuterweide kwam ik bijgaande huisregels tegen. De politie houdt hierin het winkelend publiek voor dat het niet is toegestaan vernielingen aan te richten. Daar kan ik in komen; het heeft iets redelijks. Maar je mag in Vleuterweide ook geen afval op de grond gooien. Dat is iets anders; want waar blijft onze persoonlijke vrijheid? Het moet toch echt niet gekker worden. Maar dat wordt het wel, want volgens aandachtspunt 2 is het ook niet toegestaan diefstallen te plegen. Ja, ho ho even, en waarom dan wel niet? Nergens in de huisregels van welk ander winkelcentrum dan ook heb ik dit kunnen vinden, dus daar mag het wel! Maar in Utrecht – en dan met name Vleuterweide – mag het niet van de politie. Kinderachtig, al is het natuurlijk wel goed dat ze het even duidelijk melden.
De Lidl in Vleuterweide houdt het gemakshalve bij 1 duidelijke regel: maximaal 2 scholieren tegelijk in de winkel. Nu is het een forse winkel, dus die bedrijfsleider heeft daar een dagtaak aan om te controleren of er op enig moment niet meer dan 2 scholieren in zijn zaak lopen. Heb je net winkelpad 4 schoongeveegd, dan moet je maar hopen dat er niet net weer eentje is binnengekomen die in pad 1 loopt, want dat is vanaf pad 4 niet te zien. En hoe moet een winkelende scholier weten of er niet net al een paar leeftijdgenoten in de Lidl rondlopen? Ja, ja, moeilijk, moeilijk.
Maar denk nu niet dat we in Utrecht van die muggenzifters zijn. Huisregels in Leiden maken duidelijk dat winkelcentrum De Kopermolen geen hondenuitlaatplaats is. Kijk, daar hebben we in Vleuterweide nu weer geen bezwaar tegen. En het Amsterdamse winkelcentrum Gelderlandplein laat weten dat aanwijzingen van het Management of van de Beveiliging te allen tijde dienen te worden opgevolgd (regel 13). Ook in geval van calamiteiten, staat er bij. Elders rennen Management en Beveiliging bij calamiteiten kennelijk in paniek weg, maar hier blijven ze dan standvastig paraat zodat er toch aanwijzingen kunnen worden gegeven. Overigens lijkt het me persoonlijk wat overbodig te vermelden dat die dan ook moeten worden opgevolgd, want ’te allen tijde’ betekent ‘altijd’, dus ook in geval van calamiteiten.
De aankondiging “Van alle overtredingen wordt aangifte gedaan bij de politie” zal, naar ik voorzie, niet veel indruk maken, want de politie ziet je aankomen. Wie wordt verkracht moet tegenwoordig al de dader met de broek nog op z’n enkels meenemen naar het bureau, anders komen ze daar niet eens in actie voor een aangifte.
Verder wordt de bezoeker er op gewezen dat bij vernieling en/of beschadiging de schade te allen tijde zal worden verhaald op de veroorzaker. Het is een omschrijving die doet vermoeden dat dit kennelijk een verrassend standpunt is waarop de betreffende veroorzakers wellicht niet op hadden gerekend. Omdat schades altijd op toevallig passerende voorbijgangers werden verhaald of zo. Maar kennelijk is men met die aanpak van een koude kermis thuisgekomen, vandaar dat nu voortaan de veroorzaker zelf wordt aangepakt.
Dit geldt overigens niet voor het Management. Dat is volgens de huisregels namelijk niet aansprakelijk voor schade aan en of diefstal van persoonlijke bezittingen en/of voertuigen van bezoekers. Een mooie vrijbrief voor het Management Gelderlandplein dat nu dus naar hartenlust persoonlijke bezittingen kan roven en auto’s van bezoekers mag beschadigen. “Want we zijn toch niet aansprakelijk.” Ja, Amsterdam hè, daar zijn ze altijd al wat losser geweest in de omgang dan in de rest van het land.
Wie z’n geluk eens wil beproeven moet naar winkelcentrum De Paddepoel in Groningen. In principe zijn kansspelen en gokken daar verboden, maar Groningers zijn helemaal niet stug en het bestuur kan er daarom wel toestemming voor geven, ook voor straatspelen als balletje balletje (huisregel 7). Het staat er echt en dat is natuurlijk niet voor niets.
In veel winkelcentra is het gebruik van alcohol alleen toegestaan in de aanwezige horeca, maar in winkelcentrum Makado in het Limburgse Beek kennen ze die soepelheid niet. Volgens de vierde huisregel mag er gewoon geen alcohol worden gedronken. Daar zullen ze bij het hier gevestigde Grand Café Bickels wel niet zo blij mee zijn. Stug zijn ze ook in winkelcentrum Kwadrant (Tiel) waar de huisregels een verbodsbord voor alcohol tonen terwijl er een slijterij is gevestigd.
Soms word je weer blij van huisregels. Zoals dit bordje waarop uitdrukkelijk wordt aangegeven dat het passen van meer dan 2 kledingstukken niet is toegestaan. Maar ondanks dat ik haar hier uitdrukkelijk op wees nam mijn vrouw toch 4 (vier!) kledingstukken mee naar de pasruimte en het personeel deed daar helemaal niets tegen. Wel bordjes ophangen, maar handhaven, ho maar. Dus dat werd uiteindelijk ook vier keer afrekenen.
Claudia, je kunt je verbazen over die ene ambtenaar die het hitteplan heeft geschreven. Maar er is nog genoeg stof voor je komende oudejaarsconference.
Read More »Als particulier een klacht bij de Autoriteit Persoonsgegevens (AP) indienen heeft nauwelijks zin. Je legt je probleem voor, maar wordt eigenlijk vakkundig heel diep een onbekend bos ingestuurd. En daar mag je afwachten of er ooit hulp komt. Dat je die uiteindelijk moet afdwingen via de Nationale ombudsman is veelzeggend.
Op de website van de Autoriteit ziet het er aanvankelijk nog allemaal overzichtelijk uit. Het antwoord op de vraag Wat gebeurt er met mijn klacht? op de pagina onder Vragen over een privacyklacht indienen is bijvoorbeeld als volgt:
“Wanneer we uw klacht hebben ontvangen krijgt u van ons een ontvangstbevestiging. Als u een klacht indient via het klachtenformulier krijgt u die direct. Als u een klacht indient per brief krijgt u binnen 7 dagen nadat wij uw klacht hebben ontvangen een ontvangstbevestiging.”
Dat klinkt aardig, maar nu de praktijk. Wie via het webformulier van de AP een klacht indient en een bevestiging per e-mail verwacht, komt bedrogen uit. Dat gebeurt niet. Wel verschijnt op je scherm een mededeling zoals in de afbeelding bovenaan dit artikel weergegeven.
Dat ziet er uit als een pop-up die automatisch wordt gegenereerd na het activeren van de verzendknop. Duidelijk niet eentje in de categorie: die bewaren we bij onze correspondentie. Maar, zo wordt door een medewerker van de Autoriteit toegelicht, dit is toch echt de bedoelde ontvangstbevestiging.
Als je dat wil kun je je klacht ook per brief indienen en dan duurt de bevestiging iets langer, namelijk hooguit 7 dagen zo staat in de toelichting.
Zeven dagen? Nou, vergeet dat maar, want op de brief die ik op 19 december naar de AP stuurde is nooit een ontvangstbevestiging gekomen.
En de klachtafhandeling zelf? Hoe lang duurt die? Daar lijkt de website van de Autoriteit ook een antwoord op te hebben:
“Wij informeren u altijd over de afhandeling van uw klacht. Als wij uw klacht niet binnen 3 maanden kunnen behandelen, dan krijgt u informatie over de voortgang van uw klacht. Als de AP uw klacht niet kan behandelen, verwijzen wij u zo mogelijk door.”
Aandachtig lezen maakt duidelijk dat je met dit antwoord eigenlijk niets weet. Nergens staat wanneer je iets te horen krijgt, alleen maar dat je op de hoogte wordt gesteld over de (moeizame) voortgang van je klacht. Maar wanneer je dat te horen krijgt… Joost mag het weten.
Enig houvast biedt het pop-up-antwoord van een via de website ingediende klacht. Daarin staat dat je binnen 1 maand wordt geïnformeerd. Reken daar overigens maar niet op. Op de klacht die ik op 5 november indiende kreeg ik pas op 16 januari de volgende eerste reactie:
“Op 5 november jl. heeft u de Autoriteit Persoonsgegevens (AP) een klacht gestuurd over ………. Deze organisatie heeft volgens u de Algemene verordening gegevensbescherming (AVG) mogelijk overtreden. De AP ontvangt veel klachten. De AP onderzoekt momenteel nog wat zij kan doen om uw klacht te behandelen. Mogelijk neemt de AP (telefonisch) contact met u op om vragen te stellen of bepaalde bewijsstukken op te vragen naar aanleiding van uw klacht. Wij vertrouwen erop u hiermee voldoende te hebben geïnformeerd.”
Dat is geen informatie over de afhandeling van een ingediende klacht, maar een wollig verpakte ontvangstbevestiging, anders kun je het niet noemen. Een standaardtekst die voor iedereen gelijk is en die iedereen ook ongetwijfeld krijgt. Om daar nu bijna tweeënhalve maand op te moeten wachten is natuurlijk van de gekke. Zoiets kan – net als die pop-up – meteen automatisch na ontvangst worden verzonden. En als ze dat bij de Autoriteit Persoonsgegevens niet kunnen, kunnen ze het van mij leren.
Tijdslijn klachtafhandeling
Een overzicht van de klachtafhandeling door de AP in de praktijk.
5 november 2018
Via de website een tweeledige klacht ingediend. Via een pop-up wordt de ontvangst bevestigd.
19 december 2019
Omdat niets meer van de Autoriteit Persoonsgegevens is vernomen, wordt de klacht nu per brief ingediend. Binnen 7 dagen moet hierop een ontvangstbevestiging worden ontvangen.
16 januari 2019
Ontvangstbevestiging van de AP van de klacht van 5 november (niet van de in december verzonden brief).
25 januari 2019
Via de website van de Nationale Ombudsman een klacht ingediend dat de Autoriteit Persoonsgegevens zich niet aan de door haar toegezegde termijnen houdt. Per direct een ontvangstbevestiging ontvangen waarin ook staat dat er binnen 3 weken contact wordt opgenomen.
20 maart 2019
E-mail gestuurd naar de Nationale Ombudsman om te herinneren aan de termijn van 3 weken.
25 maart 2019
Bericht ontvangen van de Nationale Ombudsman dat men de AP die dag heeft gevraagd me duidelijk aan te geven wat men gaat doen met de ingediende klacht.
28 maart 2019
De AP stuurt per e-mail een reactie op het eerste deel van de klacht. Op het tweede onderdeel van de klacht wordt niet ingegaan.
Eén ding wordt uit het voorgaande zonder meer duidelijk: de Autoriteit Persoonsgegevens komt beloften niet na en een klacht indienen bij deze instantie heeft voor de gewone burger eigenlijk geen zin. Zeker niet als antwoorden via de Nationale Ombudsman moeten worden afgedwongen.
Dit is een geactualiseerde versie van het artikel dat voor het eerst op 17 januari 2019 werd gepubliceerd.
Read More »De Autoriteit Persoonsgegevens (AP) ontving sinds eind mei bijna 10.000 klachten. “Er moet nog veel gebeuren bij organisaties”, aldus voorzitter Aleid Wolfsen volgens de NRC. Dat kan, maar wellicht kan de heer Wolfsen dan ook eens zijn eigen organisatie onder de loep nemen als het gaat op de manier waarop klachten worden afgehandeld.
Volgens de website van de Autoriteit Persoonsgegevens krijgen indieners van een klacht ik binnen een maand een reactie. Maar of je daar echt op kunt rekenen… De formulering “U wordt binnen 1 maand geïnformeerd over de afhandeling van uw klacht” biedt wat dat betreft zeker gelegenheid voor een ruime interpretatie (“Wij kunnen u meedelen dat u over een jaar aan de beurt bent”).
Telefonisch contact met een medewerker van de Autoriteit verduidelijkt wat dat betreft zeker wel het een en ander. “In beginsel wordt er binnen 4 weken contact met u opgenomen.” Hoezo ‘in beginsel’? Dat klinkt alsof men het bij de Autoriteit een vrijblijvende zaak vindt. Begrip aan de andere kant van de lijn voor deze opvatting, maar de luchtige toevoeging dat je uiteindelijk toch wel binnen 3 maanden te horen moet krijgen wat er met een klacht is gebeurd, maakt duidelijk dat men op het kantoor van de Autoriteit Persoonsgegevens de neiging heeft het afhandelen van binnengekomen klachten een urgentie toe te kennen die zeker niet evenwijdig loopt met die van de klager.
Zelf heb ik daar inmiddels ervaring mee. Enige tijd terug belde ik de Autoriteit met een vraag over het cookiebeleid van een groot aantal websites. Ik was lang niet de enige die hier vraagtekens bij had, zo bleek uit de reactie van de medewerker die ik sprak. De Autoriteit Persoonsgegevens had daar inmiddels ook een visie over, maar wat die inhield mocht hij niet zeggen. Wilde ik daar toch duidelijkheid over krijgen, dan kon ik volgens hem het best een klacht indienen.
Om het kort te houden: op 5 november volgde ik zijn raad op, maar inmiddels anderhalve maand verder heb ik taal noch teken van de Autoriteit vernomen. En informeren naar de stand van zaken vraagt – bezien in het licht van deze tijd – het vermogen een tandje terug te schakelen. De Autoriteit Persoonsgegevens moet weliswaar over de toepassing van de modernste manieren van dataverwerking oordelen, maar van degenen die willen corresponderen met dit instituut wordt nog een conventionele werkwijze verwacht.
De contactgegevens van de Autoriteit Persoonsgegevens vermelden namelijk geen e-mailadres of –formulier. In de mogelijkheid een brief te sturen is echter voorzien. Ik zie het vervolg voor me. De brief zal ergens ten burele belanden, waarna de zaak met ambtelijke gezwindheid wordt opgepakt. Over die maand hebben we het al niet meer en die drie maanden…, dat zal nog aanpezen worden.
Een klacht indienen bij Autoriteit Persoonsgegevens; de afhandeling daarvan zal eerder aan het doorzettingsvermogen van de gewone burger liggen dan aan die van de Autoriteit.
Update 19 december 2018
Omdat er door de Autoriteit Persoonsgegevens nog op geen enkele wijze is gereageerd op de klacht nu maar eens een brief gestuurd. Op de website van de Autoriteit staat immers “Als u een klacht indient per brief krijgt u binnen 7 dagen nadat wij uw klacht hebben ontvangen een ontvangstbevestiging.” Dat geeft natuurlijk hoop op een teken van leven.
Update 27 december 2018
Nog niets gehoord van de Autoriteit Persoonsgegevens.
Update 3 januari 2019
Nog niets gehoord van de Autoriteit Persoonsgegevens.
Update 10 januari 2019
Nog niets gehoord van de Autoriteit Persoonsgegevens.
Update 17 januari 2019
Lees de eerste reactie van de Autoriteit Persoonsgegevens.
De nieuwe privacywetgeving die eind mei van kracht werd, had de bedoeling zaken duidelijker te maken. Of dat helemaal is gelukt, laat ik even in het midden. Zeker is wel dat men er bij de klantenservice van Nuon in ieder geval inventiever van is geworden.
Wie voor informatie belt kan het verzoek krijgen eerst zijn persoonlijke gegevens (naam, adres, geboortedatum e.d.) door te geven. Hiermee wordt met betrekking tot de serviceverlening een weg ingeslagen die nieuw genoemd kan worden. Ik weet het; nieuwe tijden, nieuwe gewoonten, maar toch. Als je in een winkel informatie wilt hebben over een wasmachine, hoef je echt niet eerst je persoonsgegevens op te hoesten voordat je verder wordt geholpen.
Bij Nuon is deze werkwijze kennelijk met de bestempeling ‘ouderwets’ naar de achtergrond gedrongen. Eerst persoonsgegevens. De rotsvaste onderbouwing hiervoor luidt: “De regels van de overheid schrijven voor dat we dat moeten vragen en doen we het niet dan krijgen we hoge boetes”. Een reden waarom men die gegevens eigenlijk moet hebben heeft men ook: “We hebben die nodig voor het geval het tot het afsluiten van een contract komt.”
De eerste bewering (de overheid verlangt het) is klinkklare onzin en niet meer dan een blaffende imponeringstactiek, de tweede (contractafsluiting) op zich juist, maar totaal niet relevant. Daarvoor werd geen contact opgenomen met de klantenservice. Discussiëren daarover heeft echter geen zin. Geen persoonsgegevens, dan ook geen informatie van de klantenservice van Nuon en het gesprek wordt beëindigd.
Zo’n voorval maakt verschillende dingen duidelijk; vooral dat je niet met een servicemedewerker, maar met een verkoper hebt te maken. Mensen die eerst al je gegevens willen hebben voor een contract en dan pas bereid zijn informatie te geven, behoren altijd tot die categorie. Bij Nuon zitten ze kennelijk op de afdeling klantenservice.
“Verwacht gerust kwaliteit van onze klantenservice” staat op de website van het energiebedrijf. Verwachten is één ding, krijgen duidelijk iets anders.
Read More »Burgemeester Den Dirck keek op toen de ambtenaar Van Kneuteren zijn kamer binnenkwam.
– Zeg het eens, Van Kneuteren.
– Zaterdag is de intocht, burgemeester.
– Ik weet het, Van Kneuteren. Ha, schuimpjes en pepernoten. Lekker!
– En dan verwelkomt u de Sint weer, burgemeester.
– Inderdaad, heel leuk om te doen. Hoewel, zeg is dat dit jaar weer Mollema?
De ambtenaar knikte en het gezicht van Den Dirck betrok enigszins.
– Hij gaat toch niet weer vervelende opmerkingen maken over vergunningen die we hem nog niet hebben verleend, of zoiets?
– Nee, dat is allemaal in orde. Van Mollema zullen we geen last hebben. Maar er is wel die actie van het Zwarte Pieten-comité, burgemeester.
– O ja, kinderfeest. Dus ouderen die zich ermee moeten bemoeien, is het niet, Van Kneuteren?
– Inderdaad, burgemeester. En zoals u weet ligt dat erg gevoelig, tegenwoordig.
– Ja, ja, ik weet het. In onze jeugd konden we tijdens de intocht nog lol hebben met een Zwarte Piet zonder voor racist te worden uitgemaakt.
– Tijden veranderen, burgemeester. Onder felle druk van actievoerders wil men dit jaar alleen nog maar anderskleurige Pieten in de stoet laten meelopen.
– Laten we het even rustig en nuchter bekijken, Van Kneuteren. Hoeveel procent van de Wildrechtse bevolking is tegen een zwarte Zwarte Piet?
– Een op de acht mensen, burgemeester.
– Oei, een overweldigende minderheid. En in onze democratie zijn de actievoerders dan natuurlijk wel de bovenliggende partij omdat ze altijd de volledige aandacht van de pers mee hebben. Dat betekent onrust en relletjes. Ik ben bang dat we dit jaar geen Zwarte Pieten kunnen toelaten, Van Kneuteren.
De ambtenaar kneep de ogen tot samenzweerderige pretlichtjes.
– Maar misschien heb ik een oplossing, burgemeester.
– Een oplossing? Waar moet ik dan aan denken?
– Discriminatie, burgemeester.
– Discriminatie? Ben je gek? Daar wil ik juist niet aan denken, Van Kneuteren.
– Maar dan zo dat het het Zwarte Pieten-comité is dat discrimineert.
– Zoooo…. Laat horen, Van Kneuteren.
– Wie tegen discriminatie is maakt het natuurlijk niet uit of er Pieten met een witte, blauwe, rode of gele huid voor de Sint werken.
– Lijkt me logisch.
– Maar als actievoerders Pieten met een zwarte huidskleur willen verbieden voor Sinterklaas te werken, kijk, dan is dat natuurlijk discriminatie. En discriminatie, daar houden wij en Sinterklaas niet van.
– Van Kneuteren, je bent geniaal! Wildrecht is natuurlijk altijd tegen discriminatie en dus gaan wij dit jaar voor de intocht met Zwarte Pieten!
Niets makkelijker dan meegaan met de massa. Veilig en je valt niet op. Hoe de eigen normen en waarden zijn wordt vaak pas duidelijk bij gewijzigde omstandigheden. Soms op negatieve wijze, zoals tijdens de bezettingsjaren, toen het omgevingsklimaat de ware aard van sommige mensen naar boven bracht – als een geheime inkt die plotseling zichtbaar werd. Vriendelijke bakkers en aardige schooljuffrouwen bleken toen bijvoorbeeld ineens bereid voor een paar gulden de adressen van Joodse onderduikers aan de bezetter te verkopen.
De ontgroeningsperiode tijdens de studietijd is ook zo’n testcase. Ik zie het somber in voor degenen die het niet meer dan normaal vinden dat ze vanuit hun machtspositie over anderen heen mogen urineren. Dat gaat moeilijk goed komen. Het geeft ook te denken. In de sterken die niet toegaven aan de gekte rond de ontgroeningstijd heb ik alle vertrouwen, maar die anderen… Veel van hen behoren tot degenen die later leidinggevende posities in onze samenleving vervullen en ons morele besef dan voor een belangrijk deel bepalen.
De negatieve publiciteit is voor studentenvereniging Minerva aanleiding tot onderzoek. De inhoud van de rapportage blijft echter geheim. “Ik zit hier om het belang van de vereniging te dienen, niet dat van de maatschappij”, zegt erelid en adviseur Huib Wurfbain tegen NRC.
Duidelijk, het erelid stelt het welzijn van zijn vereniging voorop. Mijn zorgen gaan echter uit naar de maatschappij die straks te maken krijgt Minerva-leden die, geadviseerd door de heer Wurfbain, weten hoe zij zich het best kunnen gedragen tot de tijd rijp is om de onzichtbare inkt van zich af wassen.
Read More »Netbeheerder Stedin is bezig de oude energiemeters te vervangen door de nieuwe ‘slimme meter’. Sommige mensen willen die uit privacyoverwegingen niet hebben. Weigeren mag, zegt Stedin, maar de netbeheerder voert wat dat betreft wel een ontmoedigingsbeleid dat zo ver gaat dat men de consument zelfs onjuiste informatie geeft.
Klanten van Stedin ontvangen post met de aankondiging dat binnenkort slimme meters in de wijk zullen worden geplaatst. De huidige meter voor elektriciteit/gas wordt dan gratis vervangen. Wie geen nieuwe meter wil kan ik dat via de website van Stedin laten weten.
De bewuste webpagina maakt duidelijk dat weigeren kan, maar dat dit volgens Stedin zeker niet slim is. De nieuwe meter wordt volop aangeprezen en vervolgens vraagt men de bezoeker of deze goed doordrongen is van de voordelen en of hij op zijn weigering wil terugkomen of toch wil doorzetten. Dat laatste kan door de subtiele tekst “Ja, en ik weiger toch de slimme meter” te activeren. Aan eventuele nadelen van de meter wordt geen enkele aandacht besteed.
Geen nachttarief meer
Ondertussen is er nog iets duidelijk geworden. In haar brieven naar haar klanten rept Stedin er met geen woord over, maar pas op de website is te lezen dat degene die zijn oude meter met dag- en nachttarief wil houden voortaan niet meer kan profiteren van het nachttarief. Dat kan alleen nog met een slimme meter.
Toch maar eens informeren bij de klantenservice hoe dat zit. Om het kort te houden: volgens Stedin heeft de overheid bepaald dat de netbeheerders het nachttarief bij de oude meters moeten afschaffen. Is dat echt zo? “Ja, meneer.”
Rijksoverheid: informatie van Stedin klopt niet
Vervolgens gebeld met de afdeling voorlichting van de Rijksoverheid en dan wordt duidelijk dat de bewering dat het nachttarief op gezag van de overheid moet worden afgeschaft van geen kant klopt. Conclusie: Stedin probeert je dus maar wat wijs te maken.
Overigens, kan dat wel, zomaar het nachttarief afschaffen? Je hebt indertijd toch via je energieleverancier een overeenkomst afgesloten waarin toezeggingen over een nachttarief zijn gedaan? Die mening heeft de Consumentenbond ook. Die afspraken gelden volgens haar nog steeds en er wordt aangeraden de vraag anders maar eens aan de geschillencommissie voor te leggen.
Digitale meter kan ook
En dan nog een puntje; degenen die geen slimme meter willen hebben hoeven niet bang te zijn dat ze die alsnog moeten accepteren op het moment dat hun huidige meter aan vervanging toe is. In dat geval kan men kiezen voor een digitale meter die – net als de huidige – niet in verbinding staat met Stedin. Weet Stedin dit? Natuurlijk. Meldt zij dat haar klanten ook op haar website of in het toegestuurde voorlichtingsmateriaal? Nee, met geen woord.
Dat Stedin graag iedereen aan de slimme meter ziet, is voorstelbaar. Het levert de netbeheerder alleen maar voordelen op. Maar om weigeraars met valse informatie te ontmoedigen is misleidend en gaat echt te ver.
Read More »Zelfscannen is in bij grootgrutters. Niet meer in de rij voor de kassa staan, maar snel je boodschappen kunnen meenemen. Als je maar even weet hoe het moet. Albert Heijn geeft duidelijke uitleg in een foldertje dat bij de zelfscanners is te vinden. Maar dat is niet overal zo.
Bij Jumbo staat op een schermpje bij de wand met zelfscanners dat er spelregels gelden. Die kun je op het scherm lezen. Niet in één keer, want na luttele seconden kijk je al weer tegen het beginscherm aan. Dus nog maar eens activeren om de rest te lezen (alleen, wie doet dat nou in de praktijk?).
Aan het eind komt er een onverwachte aap uit de mouw, want dan staat er dat de spelregels altijd eenzijdig door Jumbo kunnen worden gewijzigd. Dus niet vreemd opkijken als Jumbo bijvoorbeeld over een halfjaar besluit onderaan het bonnetje van de zelfscan ook een bedrag van een euro voor de zelfscanservice op te nemen. Kan allemaal en je bent ermee akkoord gegaan zal Jumbo zeggen.
Natuurlijk zal zo’n spelregelverandering nooit opvallen. Want wie leest iedere keer dat hij wil zelfscannen de spelregels door omdat er misschien wat zou kunnen zijn veranderd?
Read More »Apple presenteert zich graag als een bedrijf dat de privacy van zijn klanten hoog in het vaandel heeft staan. Maar echt privacyvriendelijk? Nou… daar kunnen nog wel wat vraagtekens bij worden geplaatst.
Mijn beslissing om indertijd voor een iPhone te kiezen en niet voor en Android-telefoon had veel te maken met mijn voorkeur voor privacy. Apps op een Android-toestel waren alleen te installeren als ze automatisch toegang tot al je gegevens (locatie, foto’s adressenboek) kregen, bij de apps op je iPhone wordt de gebruiker om toestemming gevraagd en heb je zulke dingen dus zelf in de hand. Het is maar één voorbeeld als het om het privacyvoordeel van Apple-apparatuur gaat, maar wel een belangrijke voor wie daaraan hecht.
Inmiddels heeft de privacyvriendelijkheid van Apple toch een knauw gekregen sinds uit onderzoek van The New York Times bleek dat telefoonfabrikanten al jarenlang toegang hebben tot persoonlijke informatie van Facebookgebruikers. Facebook sloot namelijk de afgelopen jaren contracten met minstens zestig fabrikanten, waaronder Apple. Hierdoor kon Apple bijvoorbeeld gegevens inzien van mensen die er zelf expliciet voor kozen hun informatie af te schermen voor derden.
Als je dat hoort krijgt je vertrouwen als Apple-klant toch een knauw en ga je eens wat kritischer kijken naar de ‘services’ van Apple. Zoals de app Foto’s, waarin je je foto’s kunt opslaan. Voor de duidelijkheid: het gaat dus om een van de persoonlijkste zaken die je aan je telefoon toevertrouwt.
Sinds enige tijd heeft de app de eigenschap eigenhandig uit je fotoverzameling ‘leuke momenten’ samen te stellen, zoals plaatsen waar je bent geweest, foto’s die je drie jaar terug op dezelfde datum maakte of personen die men in je verzameling is tegengekomen.
Kun je dergelijke acties van het programma blokkeren? Nee, dat kan niet, levert navraag bij Apple op. Deze functie is onderdeel van de software en die kun je als gebruiker niet zelf sturen.
Nou ben ik niet zo dol op software die eigenhandig beslissingen neemt met betrekking tot mijn privacygegevens. Want als die software dit helemaal zelfstandig doet, wie zegt me dan dat er ook niet een (voor mij niet zichtbaar) programmatuurdingetje in zit dat er voor zorgt dat mijn foto’s vanaf mijn telefoon naar een server ergens in de wereld worden gezonden? Nee, beweert de helpdesk van Apple, dat is zeker niet het geval, want privacy staat hoog in het vaandel van Apple. U moet dat gewoon zien als een aardige gadget van de app die zulke dingen uit de fotocollectie automatisch samenstelt. Dat vinden mensen leuk en het is makkelijk, want dan hoeven ze dat zelf niet te doen.
Ja, vanuit de gedachte dat het om een leuke behulpzame service gaat kan natuurlijk veel. Dan krijgen we wellicht binnenkort ook een handig overzichtje van je leukste aankopen van de afgelopen maand of van onze wekelijkse uitgaven, omdat de Apple-software ons bankiergedrag kan monitoren, om maar iets te noemen.
Apple privacyvriendelijk? Wie de persoonlijke informatie van Facebookgebruikers inkoopt en software z’n gang laat gaan in je persoonlijke bestanden heeft heel wat uit te leggen.
Read More »